- bewoner
- bewoner, bewoonster{{/term}}1 [van land, huis] habitant 〈m.〉, habitante 〈v.〉2 [van huurhuis] locataire 〈m.+ v.〉♦voorbeelden:1 de bewoners van het eiland • les insulairesde bewoners van de derde wereld • les peuples du tiers-monde
Deens-Russisch woordenboek. 2015.